Heer van Nyenrode, Breukelen, enz. In rood een zilveren keper.
138. Een halve hoeve, (1469: vermeerderd tot een hele hoeve; 1549: veld of veen) in Maarsseveen in het gerecht van de heer van Abcoude
13-1-1631: Foeyt van Zijp, notaris te Leiden, rentmeester, voor Bernard van den Bongard, heer van Nijenrode, Ter Lucht enz., bij dode van Maria van Lokhorst, diens moeder, die drie jaar terug stierf, na verzuim, LRK 146 c.Sticht fo 1-2~.
220. 20 hofsteden in het dorp Breukelen; de tiende van 22 hoeven in het Broek; gerecht, tijns, tiende en uiterdijk bij de (1432: Oude) Aa.
26-12-1606: Jan van den Bongaard voor Bernard van den Bongaard, heer van Nijenrode en Ter Lucht, bij dode van Floris, diens vader, 26 fo. 192-194.
198. De gehele tienden in Hovetwere en Smalengeest bij Velsen
8-5-1603: Johan van den Bongard, rentmeester, voor Bernard van den Bongard, heer van Nijenrode, bij dode van Floris, diens vader, LRK 136 fo 295-296~.
Het leven van Cornelis Engelbrechtsen, Schilder van Leyden (Karel van Mander, Het schilder-boeck).
Maer het alder weerdighste, en uytnemenste, dat van zijn gheleerde constighe handt te sien oft te vinden is, is een Tafereel met twee deuren, dat voortijts heeft ghedient tot een Graf-teycken van den Heeren van Lockhorst, welck sy tot ghedachtnis van hun gheslacht S. Pieters Kerck te Leyden hadden toegheeyghent, en ghehangen boven hun Graf-plaets, in de Lockhorst Capelle. Dit stuck pleeghtmen te sien te Leyden in't huys van Lockhorst: maer is nu vervoert, en is teghenwoordigh binnen Wtrecht, ten huyse van den Heer van den Boogaert, als getrouwt hebbende een dochter van den Heer van Lockhorst. De Tafel van dit seer edel stuck, is een historie uyt d'openbaringe Ioannis, daer het Lam voor den Throon Gods op doet het Boeck met den seven seghelen, alwaer t'gantsche Hemelsche heyr met veel aerdighe steldselen der beelden, en verscheydenheyt van lieflijcke fraey tronien, en een wonderlijcke veerdighe schoon handelinghe te weghe bracht is, en ghesien can worden, dat de alderbeste en ervarenste in onse Const hun te ontsetten en te verwonderen hebben, en is nochtans veel al ten eersten opghedaen, ghelijck sy doe veel voor een veerdighe fraey wijse hadden. Hier zijn oock te sien prianten, en seer wel gedaen conterfeytselen der gener, die dit stuck in sulcken tijdt deden maken.
Akte van huwelijkse voorwaarden tussen Bernard van den Bongard en Maria van Lokhorst, 1595. 1 stuk. Vonnis van de richter van Hernen waarbij hij Bernard van den Bongard in het bezit stelt van de bouwhof genaamd de Loffert en alle andere bouwhoven uit de nalatenschap van Joachim van Wijhe tot Hernen, onder voorbehoud dat als iemand betere rechten kan bewijzen, deze in het bezit gesteld zal worden, 1600. Met een bijlage. 1 charter en 1 katern. Vonnis in het proces voor de Hoge Raad van Holland en Zeeland tussen Bernard van den Bongard als eiser en de magistraten van de stad Naarden en de dorpen Huizen, Blaricum, Laren en Hilversum, als gedaagden, over de betaling van de optienden behorende aan Van den Bongard, 1623. Authentiek afschrift, 1625. Incompleet. 1 stuk.
Lokhorst, voormalig adellijk huis. te Leyden
Op welke wijze dezc grafelijkc huizing aan bet geslacht van Lokhorst gekomen is, hebben wij niet knnnen ontdekken; maar wel dat er eenigen van dien naam in de Regering der stad Leyden geweest zijn, en dat bet door hen verkocht is aan zekeren Cornelis Van Veen , die dat huis, dat na den voorgaanden bezitter den nааш van Lokhorst gekregen en behouden heeft, omtrent bet jaar 1560 bewoonde. Deze Van Veen was Ridder, en Burgemeester te Leyden en gesproten uit eenen bastaard des Hertogs van Braband , terwijl zijn wapen op de vensters van bet gemelde huis geschilderd was. Een zijner nakomelingen Mr. Simon Van Veen , Raad in den Hoogen Raad geworden , van voornemen zijnde, dit huis te vertimmeren , vond noodig er zich eerst volstrekt meester van te inaken , en derhalve met den Heer Van Nieuwenroode [Bernard van Bongard] , die wegens zijne echtgenoot Jufvrouw Maria Van Lokhorst , nog aanspraak daarop maakte , de zaak op den 1 Julij 1608 ten einde bragt. Bron: Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden, Volume 7
Kerk van Breukelen Op 24 november 1629 is Bernard van den Bongaert, heer van Nijenrode en Ter Lucht, erfmaarschalk van het vorstelijke sticht Elten, overgebracht naar Nijenrode aan de Vecht, om daar in de kerk van Breukelen begraven te worden. Aan de baar hingen de volgende acht wapens van vaders- en moederskant. * Bongaert / Aeswin / Arkenteel / Ulft / Turck / Broekhuizen / Nijenrode / Wijhe. Bernard van den Bongaert, van beroemde oude adel, heer van Nijenrode, Ter Lucht, enz., erfmaarschalk van Gooiland. Voor hun dierbare vader, die op [24] november van het jaar 1629 na Christus overleed, hebben zijn bedroefde kinderen met liefde dit nieuwe graf laten maken. Monumenta van Buchel, pag. 280.