Reyer, moet een kwalijk sujet zijn geweest. Hij was hopman in het Staatse leger en steeds als de hopman ŁtBarneveltŁu in de volgende jaren in de stukken vermeld wordt, is het om iets ongunstigs over hem te vertellen. Het toppunt is zijn gedrag als commandant van één der schansen voor Hulst bij de belegering door de Spanjaarden in 1596, in de inhoudsopgave van het Journaal van Duyck aldus geresumeerd: Łtloopt leelyckŁu en Łtquijt hem nietŁu. Prins Maurits heeft er toen over gedacht hem voor een krijgsraad te brengen, maar de veel ernstiger gebeurtenissen die enkele weken later tot de capitulatie van Hulst leidden, hebben het onderzoek op de lange baan geschoven.
Vermeld in het compromis over den manslag door zijn vader Gerard begaan op den persoon van Aart van Duverden 1577 en in de scheiding over de ouderlijke nalatenschap 10 Mei 1589.
Schildknape, kapitein daarna ruard van Putten. Stierf ongehuwd.