Home Genealogy Lockhorst | Email



Notes for Willem van Oldenbarnevelt


Heer van Stoutenburg en Stormpolder, gouveneur van Bergen op Zoom, begaf zich eerst naar Brabant en Gelderland en eindelijk naar Spanje en ging tot de Roomsche kerk over.
Bekend onder den naam van den Heer van Stoutenburg. Gedoopt in de Capelle ten Hove 13 Nov. 1590 waarbij als getuigen o.a. sijn Excellentie, de Prins van Chimay en de gecommitteerden van de Staten, kreeg toen van de Staten van Holland eene pillegave, terwijl zijn vader gedurende WillemŁus leven eene jaarlijksche lijfrente van 200 pond onving. Bij overgifte van zijn oom Jan Roo van Utrecht onmondig beleend met Cralinger- of Stormspolder 21 Aug. 1592. Zal erven volgens het ouderlijk testament van 29 Sept. 1612 : de heerlijkheid en ambachtsheerlijkheid van Cralinger- of Stormspolder, nog meer land in de Krimpenerwaard, aan jaarlijksche renten 1050 guiden, bij zijn huwelijk 5000 gl., de twee ridderhofsteden nabij Amersfoort gelegen, genaamd Stoutenburch en Bittequebbelen (?) en eindelijk de huysinge Guntersteyn.
Prins Maurits vermaakte bij codicil van 5 April 1625 de heerlijkheid van Cralinger of Stormspolder , aan hem als Heer van de Lek vervallen ,,mits de foelonie begaen bij Willem van OldenbarneveltŁu!, aan zijn bastaardzoon Willem van Nassau.
De Heer van Spaen noemt Willem als Gouverneur van Bergen op Zoom, Edelman van den Koning van Frankrijk en Ritmeester der Cavalerie. Hij zou na de samenzwering te Brussel zijn gaan wonen, aldaar Roomsch geworden zijn en als Ritmeester tegen zijn vaderland gediend hebben, daarbij voerende een zwarten standaard met een doodshoofd. Uit de brieven door Willem aan Hugo de Groot geschreven uit Brussel van 1626 tot 1633 blijkt integendeel dat hij zeer begaan was met het lot van zijn vaderland en doet een optreden tegen hetzelve als onwaarschijnlijk verwerpen.

Na de executie van zijn vader in, beraamde Willem samen met zijn broer Reinier en onder meer de Remonstrantse predikant Slatius een aanslag op het leven van prins Maurits. De aanslag mislukte en Reinier van Oldenbarnevelt werd in 1623 in Den Haag onthoofd. Willem van Oldenbarnevelt wist te ontsnappen naar Brussel, dat op dat moment in handen van de Spanjaarden was. Later werden brieven van hem aan Hugo de Groot gevonden, die hij schreef in de periode van 23 januari 1626 tot 9 december 1633. Uit deze brieven bleek dat Willem van Oldenbarnevelt hoopt ooit nog weer eens terug te keren naar de Republiek, dat hij protestants was gebleven en dat hij geen dienst in het Spaanse leger had genomen. Van dit laatste hadden zijn tegenstanders hem beschuldigd. Zijn vrouw is niet meegevlucht naar Brussel, maar zond Willem van Oldenbarnevelt jaarlijks geld. Willem van Oldenbarnevelt schreef hierover dat zijne vrouw naar haar vermogen den aan zuinigheid weinig gewonen man een jaargeld zond.

Werd weinig dagen na zijne verheffing tot ridder door Jacob I, den 30 Mei 1611 ritmeester. Toen de samenzwering van Febr. 1623, waarin hij zich met zijn' broeder gewikkeld had, ontdekt was, ontvluchtte hij en vestigde zich te Brussel. Hij was in 1616 gehuwd met Walburch van Marnix, vrouwe van St.-Aldegonde, enz., dochter van Jacob en derhalve kleindochter van Philips van Marnix. Daar zij in 1638 hertrouwde met Willem van Dorth, moet hij toen reeds overleden geweest zijn.

In den 29n jrg., 1873, blz. 442 der Kron. van het Hist. Gen. deelde Dr. H.C. Rogge 53 brieven mede, door Stoutenburg aan Hugo de Groot geschreven; zij loopen van 23 Jan. 1626 tot 9 Dec. 1633; waar de plaats van afzending niet genoemd is, kan men bijna opmaken, dat zij van Brussel komen, evenals de meeste, waarbij dit aangeduid werd. Voor de historie dienen zij om ongezochte verklaringen aan te hooren, dat hij naar Holland hoopte terug te keeren, dat hij protestantsch was gebleven, niet in vijandelijken dienst was gegaan en dus niet in 1629 op De Veluwe was geweest, en dat zijne vrouw naar haar vermogen den aan zuinigheid weinig gewonen man een jaargeld zond. Als letterkundige nalatenschap hebben zij de beteekenis, dat de schrijver een alles behalve verwaarloosde opvoeding had ontvangen en als een verloopen heer eindigde: hij schrijft eene goede taal, drukt zich eenvoudig en juist uit en is geheel op de hoogte van hetgeen zoowel op het oorlogstooneel als in de kringen der diplomatie, ook in ons land, plaats heeft.
(Ned. Spect. 1875.)

In 1608 door Hendrik IV van Frankrijk op een tractement van 3000 gulden tot gentilhomme ordinaire benoemd. In 1611 door Jacobus I van Engeland tot ridder geslagen. In 1613 opgenomen in de Orde van de Kouseband. Bron: Heren van Holland

Willem van Oldenbarnevelt en zijn vrouw hadden geen kinderen. [zie opmerkingen bij 'zoon Pieter'].
HOME | EMAIL | SURNAMES |

Laatste wijziging op 19 april 2011 door Arwi Lokhorst
Rhode Island - USA

 


Page built by Gedpage Version 2.20 ©2000 on 18 April 2011