Home Genealogy Lockhorst | Email



Notes for Johan Raije


Dagboek Jacob Bicker Raye
(pag 54) Op den 14 den Februari 1738 komt er nu eens een goede tijding uit Suriname. ÙtZuster Raye is op den 21sten November 1737 zeer voorspoedig en gelukkig, bevallen van een welgeschapen frisschen zoonÙu. De jongen is naar zijn overleden vader Joan gedoopt. Dat de kraamvrouw het best maakt, blijkt wel uit haar eigenhandig geschreven brief van 28 November, waarin zij bericht, dat moeder en kind zeer welvarende zijn.
(pag 147) Op 13 November 1747 had Bicker Rayer het genoegen gehad zijn broeder zaligers zoon, den Heer Joan Raye uit Suriname te ontvangen. Genoemde ÙtHeerÙu was tien jaar oud en was met neef Petersen (Mr. Jacob baron de Petersen, generaal directeur van Guinea) meegekomen, die het jonge mensch uit Suriname gehaald had, om te Amsterdam zijn opvoeding te laten krijgen.
(pag 176) Eerst had zijn neefje uit Suriname, Joan Raye de mazelen gehad en nu op 14 December 1749 krijgt het jonge mensch de kinderziekte. Oom heeft hem van school genomen - blijkbaar was hij op een kostschool - en in zijn huis genomen, waar hij beter opgepast kon worden.
(pag 292) Joan Raye, de zoon van zijn overleden broer uit Suriname, gaat in de diplomatie. Op 18 November 1764 wordt aangeteekend, dat de Heer Joan Raye, Heere van Breukelerwaart, als edelman bij en met Zijne Excellentie den Heer W.G. Dedel, Ùtgedissingeert ambassadeur wegens deze staat bij de Ottomannisse PorteÙu, van hier naar ÙtConstantinopolenÙu is vertrokken.
(pag 339) Jacob's neef, Mr. Joan Raye, Heere van Breukelerwaart, is op 29 November 1769 van deszelfs langdurige reizen (hij was 5 jaar in Constantinopel aan het gezantschap geweest) weder, in een complete gezondheid, in deze stad gearriveerd.

In 1747 is Joan jr. naar Amsterdam gestuurd voor zijn opvoeding, samen met zwarte knecht, genaamd Champagne.[3] Hij woonde bij zijn grootmoeder, een Bicker. In 1749 kreeg hij de pokken. Op zijn 17e hield hij in Haarlem een oratie in het Latijn en deed iedereen versteld staan. In 1764 vertrok Joan naar Constantinopel om als diplomaat te worden opgeleid. In Würzburg bezocht hij het paleis van de bisschop, met 485 vertrekken. Het beschilderde trappenhuis, door Tiepolo is nog steeds een bezienswaardigheid. In Wenen werd hij ontvangen door keizer Joseph II en zijn familie. Hij bezocht diverse paleizen, Schönbrunn, Belvedère en dat van Eugenius van Savoye. In 1766 kwam het gezelschap aan aan de Bosporus. Raye was aanwezig bij de ontvangst door Mustafa III. Raye schrijft dat voor het handhaven van zijn macht de sultan erg afhankelijk was van de janitsaren. Vijf jaar later kwam hij via Griekenland en Napels terug naar Amsterdam. Na zijn reis heeft Raye zijn belevenissen vastgelegd in een uitgebreid verslag, dat in handschrift aanwezig is in de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag. Het belangrijkste deel van zijn brieven gaat over Osmaanse Rijk. Het verslag is verlucht met tientallen pentekeningen, voor een groot deel van de hand van de schrijver zelf.
Joan Raye, heer van Breukelerwaard, een onbeduidende heerlijkheid, was een verzamelaar van vlinders, evenals stadhouder Willem V. Zijn collectie leende hij uit aan Pieter Cramer en Caspar Stoll en om te worden gecatalogiseerd. De vlinders werden nagetekend door Gerrit Wartenaar, een vrijwel onbekende kunstschilder uit de Jordaan (Amsterdam). In 1783 erfde Raye het huis van zijn oom op de Keizersgracht, die in 1777 was overleden. Rond 1800 woonde Joan in de Gouden Bocht. Joan Raye overleed in 1823 op 85-jarige leeftijd. De familieportretten liet hij vernietigen.
HOME | EMAIL | SURNAMES |

Laatste wijziging op 19 april 2011 door Arwi Lokhorst
Rhode Island - USA

 


Page built by Gedpage Version 2.20 ©2000 on 18 April 2011