Home Genealogy Lockhorst | Email



Notes for Willem Karel Hendrik Friso van Oranje Nassau


prins van Oranje en vorst van Nassau-Dietz. Hij was de eerste erfstadhouder van de Republiek der Verenigde Provinciën. Hij was voornaam, vredelievend en minzaam in zijn optreden, maar had te kampen met een zwakke gezondheid en een vergroeiing van zijn rug wat zijn politiek-bestuurlijke optreden meer en meer parten zou gaan spelen.
Willem Karel Hendrik Friso werd geboren in Leeuwarden als zoon van Johan Willem Friso van Nassau-Dietz en Maria Louise van Hessen-Kassel. De val van een paard, in 1717 in de tuin van zomerresidentie Paleis Soestdijk, deed even voor zijn leven vrezen. Willem IV kreeg meer dan de gebruikelijke opvoeding van adellijke kinderen (krijgskunde): hij studeerde aan de Universiteit van Franeker en aan de Universiteit Utrecht. Willem IV sprak diverse talen (waaronder Fries, omdat hij deels in Friesland is opgegroeid) en was geïnteresseerd in geschiedenis, ook in de fouten van zijn voorgeslacht zoals hij zijn hoogleraar meldde. Hij werd in 1729 in Gelderland, Drenthe en Groningen en in 1731 in Friesland tot stadhouder benoemd. Daarmee was hij in feite de hoogste ambtenaar van deze Nederlandse gewesten.
Reeds in 1721 was er sprake van een huwelijk met Anna van Hannover, maar eerst op 21 oktober 1733 ging hij voor het Gerecht van Leeuwarden in ondertrouw.[1] Het huwelijk dat gepland was in november 1733 werd uitgesteld, omdat de bemoeienissen van zijn toekomstige schoonvader George II met de Republiek niet op prijs werden gesteld. Vorst Willem werd, ook vanwege alle ophef, ziek en vertrok naar het kuuroord Bath. Eerst enkele maanden later was hij voldoende hersteld om in het huwelijk te treden.
Händel, die Anna en haar jongere zussen klavecimbel- en muziekles had gegeven, en haar als zijn beste leerling beschouwde, componeerde ter gelegenheid van het huwelijk zijn Serenata Il Parnasso in Festa (HWV 73), waarvoor delen uit Athalia (HWV 52) gebruikt zijn. Op 25 maart 1734 trouwde het paar in de Franse kapel van het Paleis van St. James. Händel componeerde hiervoor, op een tekst van Prinses Anna (naar twee psalmen), het anthem This is the day the Lord hath made (HWV 262).
Graaf Willem van Nassau-Dietz werd in deze periode door de universiteit van Oxford met het ere-doctoraat begiftigd. In deze tijd trad hij toe tot de vrijmetselarij. Bij zijn terugkeer in de Republiek ontstonden ook loges in Den Haag en Leeuwarden. Zo had hij een eigen hofloge "Antiqua Virtute et Fide" in Leeuwarden. Zijn kok Vincent la Chapelle was daarbij betrokken.
Het paar werd op 8 mei 1734 met zo weinig animo ontvangen in Amsterdam, door burgemeester Lieve Geelvinck, dat het besloot al na een half uur om door te reizen naar Leeuwarden. Door erfenis kwam hij achtereenvolgens in het bezit van de graafschappen Dillenburg (1739), Siegen (1742) en Hadamar (1743).
HOME | EMAIL | SURNAMES |

Laatste wijziging op 19 april 2011 door Arwi Lokhorst
Rhode Island - USA

 


Page built by Gedpage Version 2.20 ©2000 on 18 April 2011