Vermeld in het magescheid van zijne moederlijke erfenis met zijnen broeder Jan 6 mei 1412. Bron: De Nederlandse Adel (1915, pag 165, 166).
Deelde met zijn beide broeders 6 mei 1412 volgens de brieven bij de Carthuysers buiten Utrecht en kreeg o.a. de tienden van de Watering. Gen. Bladen 1908.