In 1360 treedt hij naar voren als leenman en getuige van Willem heer van Abcoude als een werkzaam man, betrokken bij allerlei rechtshandelingen, - ook in verband met de AbcoudeÙus en familieaangelegenheden - zal hij verder door het leven gaan.
Een verkoopakte gedateerd 29 sept. (St. Michielsdag) 1364, waabij Borre van Amerongen voor het gerecht van Wijk bij Duurstede aan Ernst Taedtze opdroeg 6 morgen land met alle toebehoren, geheten Half Sceelenhoeve, uitgezonderd het (daarmede blijkbaar verbonden) altaar dat Dirc gesticht heeft in de kerk van Wijk. Bovendien droeg hij over de ,,stedeÙT (graf), die zijn moeder placht te hebben in gemelde kerk.
verwantschap.
In 1385 nl. zien wij Taets als voogd over Elyas Borre van Amerongen en diens zuster Aleyd u. Voorts is hij ,,huwelijksvriendÙT als deze Elyas omp 6 sept. 1393 huwelijkse voorwaarden maakt met Berta van Drakenborch. Hij wordt daar knape genoemd, en mede huwelijksvrienden waren Willem heer van Abcoude, Johan van Kenesse en Gijsbert van Hardenbroeck, allen miles. Taets staat hier als laatste; waar men de huwelijksvrienden meestal uit de naaste familie koos.
Op een los vel in cahier XCVIII in de collectie Vermast bij het Genootschap wordt een rouwbord vermeld met in het midden de inscriptie: ,,Anno 1423 sterff Joffr. Margriete [an Taets v. Amer. wijf was. Ao. 1450 sterf Jan Taets van AmerongenÙT. Heraldisch rechts ernaast van boven naar beneden
de wapens Taets, Bor van Amerongen, Loenersloot, Zoudenbalch; links: C o l v e r s c h o t e n , Woudenberg, Broeckhuisen, Hackfort, Waar dit rouwbord hing blijkt niet. Intussen, zowel de familie Van Loenersloot (waartoe JanÙus moeder immers behoorde) als Taets van Amerongen komen voor in het kalendarium van het klooster St. Servaes; een van de dochters van Jan, Johanna, was daar non. Gezien het bovenstaande lijkt het waarschijnlijk dat het rouwbord in dat klooster hing.
Richter en tinsmeester van de heer Van Acoude te Amerongen (1362). In 1364 wordt Half Sceelenhove aan hem overgedragen. Richter van de heer Van Gaesbeeck van Abcoude te Driebergen (1373). In 1382 draagt Willem van Groenewoude, zijn schoonzoon, hem op al het land dat hij te Woudenberg bezit, in ruil waar hij afziet van alle rechten op de nalatenschap van Ernst die zijn vrouw (Mechteld Taets) mocht hebben. In 1383 wordt hij door Willem van Abcoude gemachtigd het huis te Linschoten op te dragen aan Henrick heer van Montfoort. In 1388 is hij getuige en borg bij het verpachten van de tienden te Kortenhoef aan gemelde Willem van Abcoude. In 1389 erketn hij 483 oude schilden te hebben ontvangen van de Hertog van Gelre. In 1392 wordt hij door de heer van Vianen beleend met 6 morgen land te Lakerveld.
Oudaen
Aan het zandpad boven Breukelen, van vooren aen / een hangend torentje tussen twee gevels kennelijk, / zegt Lud: Smids in zijn Schatkamer ; en zegenpralende Vegt . dit adelijk huis is leenroerig aen den gestigte van / Utrecht. het geslagt dat men om de overeenkomst / van 't wapen, zijnde een rood borgoens kruis op een goud / veld, uit den huize van Loenersloot afkomstig oordeeld, / was al bekend in den jare 1350. Vijftig jaeren waer / na een erfdogter van Oudaen dit goed ten huwelijk / bragt aen Ernst Taets, wiens zoons zoon Dirk Taets / den naem van Oudaen aengenoomen heeft; Hij was / A 1441. hoofdschout van Utrecht, dog quam zonder / Mannelijke erfgenamen te sterven, dus wierd zijne dogter / Cornelia van Oudaen, erfgenaeme, en bragt / deeze goederen ten huwelijk voor den jaere 1426. aen / Frederik van Draekenburg, in welker geslagt / dezelve gebleeven zijn tot dat Jozijne van draekenburg / die door huwelijk bragt aen Dirk van Zuilen. / welke stam niet lang in bezit schijnt gebleeven te zijn, / overmits het in de jaere 1536 voor Riddermatig, / en jan van Duvenvoorde, als bezitter bekend staet. / Naderhand is het huis Oudaen verkoft aen Fransois / van Sneek, Wijnkooper, wiens oudste dogter, Maria / van Sneek, deze goederen ten huwelijk bragte aen / Daniël van Weede, Raedsheer in den hove / van Utrecht. dog zij, kinderloos, zo 't schijnt, overleeden, / is de heerlijkheid gekomen op haer zuster Joanna / van Sneek, gehuwd aen Jacob van den Burg, / In welk geslagt het mede niet lang bleeff; want / drie broeders, haer zoonen, of zoons zoonen, kinderloos / overlijdende, lieten Oudaen na aen een zuster, / Maria van den Burg, die in huwelijk tradt met / Philibert de Clercque, Burggraaf van Clercque-Wissocq, / heere van Boningues, Wieze, Oudaen, Soestbergen etc.
588. 6 morgen land in Lakerveld, boven: Wouter Gerardsz. met nr. 584 (1412: de leenheer) beneden: heer Zwedert van Vianen (1412: heer Jan van Vianen, neef van de leenheer), zijnde hofleen.
27-9-1392: Ernst Taats, 6 fo. 42~.
21-8-1412: Dirk van Oudaan, 7 fo. 28~.
27-2-1420: Dirk van Oudaan, 9 fo. 10.